Tag Archives: Digitale Geletterheid

Verschil in vaardigheden internetgebruik leidt tot meer verschil

Alexander van Deursen van het onderzoeksinstituut IBR van de Universiteit Twente onderzocht het niveau van internetvaardigheden van de Nederlandse bevolking.  In het onderzoek is de volgende vierdeling van digitale vaardigheden is gehanteerd:

Operationele vaardigheden

  • Bedienen van een internet browser
  • Bedienen van en zoekmachine op internet
  • Het gebruiken van online formumlieren

Formele vaardigheden

  • Kunnen navigeren op het internet
  • Behouden van en gevoel van oriëntatie tijdens het navigeren op het internet

Informatie vaardigheden

  • Het kiezen van een geschikt zoeksysteem (of plaats om informatie te zoeken),
  • Het definiëren van zoekwoorden die zich op het informatieprobleem richten,
  • Het selecteren van geschikte informatiebronnen,
  • Het evalueren van informatiebronnen.

Strategische vaardigheden

  • Voordelen halen met behulp van internet.
  • Door het te orienteren op een juist doel.
  • De juise actie ondernemen om dat doel te behalen.
  • De juiste beslissingen nemen om dat doel te behalen.
  • De voordelen van dit doel te behalen.

 

300 proefpersonen moesten taken op internet uitvoeren, zoals een PDF bestand opslaan, navigeren in verschillende webdesigns, een tweesterrenrestaurant in Amsterdam opzoeken, en uitvinden hoe je het goedkoopst naar Amsterdam kunt reizen, met de trein of met de auto. Tijdens de taken werden alle schermacties van de proefpersonen opgeslagen.

Uit dat onderzoek  komt naar voren dat het bij ouderen schort aan de mediumgerelateerde vaardigheden, operationele en formele vaardigheden. Veel gemaakte fouten zijn het aan elkaar typen van zoekwoorden, het intypen van zoekwoorden in de menubalk en het verliezen van het overzicht als iets in een nieuw venster opent.

Bij jongeren is het beter gesteld met de mediumgerelateerde vaardigheden, maar blijven de inhoudelijk gerelateerde vaardigheden, informatievaardigheden, achter op die van de ouderen. Dit uit zich onder andere in veel te algemene zoekwoorden en een te sterke focus op het eerste zoekresultaat. De verrassende conclusie is dat ouderen die de techniek van internetten beheersen inhoudelijk hun weg beter vinden dan jongeren. De grootste verschillen bij alle soorten vaardigheden zijn echter waar te nemen tussen lager en hoger opgeleiden.

Ook blijkt dat strategische vaardigheden heel minimaal aanwezig zijn bij laag- en midden opgeleiden. De kloof met de hoog opgeleiden is aanzienlijk. In plaats van de verschillen uit te vlakken accentueert internet dus de bestaande verschillen.

Bron: Van Deursen, Digitale vaardigheden Nederlandse Burgers
Bron: Van Deursen, Digitale vaardigheden Nederlandse Burgers

Bij gebrek aan gelijkaardige  onderzoeksgegevens voor België geven we hier de resultaten van een onderzoek van de EU. Het onderzoek van de EU  gaat uit van een andere indeling.  Het gaat uit van zes internet activiteiten:

  1. Informatie vinden met een zoekmachine
  2. Een e-mail met bijlagen versturen
  3. Berichten achterlaten op chatrooms, nieuwsgropen of discussiefora
  4. Telefoneren via het internet
  5. Mappen delen met anderen om muziek, films en dergelijke uit te wisselen
  6. Een webpagina ontwerpen

Om het vaardigheidsniveau aan te duiden zijn de respondenten vervolgens ingedeeld in drie categoriën:

Laag: de respondent heeft één of twee van de genoemde activiteiten uitgevoerd.

Gemiddeld: de respondent heeft drie of vier van de genoemde activiteit uitgevoerd.

Hoog: De respondent heeft vijf of zes van de genoemde activiteiten uitgevoerd.

Digital natives

De term netgeneratie of de notie digital natives wordt gebruikt om te verwijzen naar de jongeren die geboren zijn in het digitale tijdperk en bijgevolg doorheen hun hele leven blootgesteld zijn aan nieuwe media. Hierbij wordt uitgegaan van de veronderstelling dat deze jongeren automatisch over de nodige vaardigheden beschikken omwille van hun gediversifieerd en intens gebruik van nieuwe media in het algemeen.

Een reeks onderzoeken stelt dit uitgangspunt in vraag en geeft aan dat de netgeneratie niet zo digitaal vaardig zijn als wordt verondersteld. In de eerste plaats vormen jongeren geen homogene groep. Binnen de groep jongeren van 16 tot 25 jaar zijn er eveneens niet-gebruikers en bestaan er verschillen in de intensiteit en de diversiteit van het gebruik. Hetzelfde geldt voor toegang en vaardigheden.

In België maakt 8% van de jongeren in de leeftijdscategorie 16-24 jaar geen of weinig gebruik van een computer en surft 9% nauwelijks of niet op het internet. Maar de subgroep van incidentele gebruikers (maakte geen gebruik de laatste drie maanden) is vrij aanzienlijk. Zo’n 22% maakt geen deel uit van de subgroep van regelmatige computergebruikers en 25% is geen regelmatige internetgebruiker.

Het beeld van jongeren als zijnde 100% digitaal vaardig moet dus duidelijk genuanceerd worden. Daarnaast is aandacht nodig voor de maatschappelijke impact van digitale uitsluiting bij jongeren, want zo stelt Brotcorne et al. (2009):

“De maatschappelijke impact van de digitale uitsluiting bij jongeren is bijzonder groot, omdat onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen, arbeidsbemiddelingsagentschappen, besturen en werkgevers impliciet verwachten dat alle jongeren zich gedragen in overeenstemming met het stereotype van de “internetgeneratie”.”

Digital natives niet zo digitaal vaardig als gedacht

Uit een onderzoek van de Northwestern University blijkt dat studenten de rangschikking van zoekresultaten nagenoeg blindelings volgen en steevast het allereerste zoekresultaat volgen, zonder rekening te houden met de legitimiteit van de bron.

Uit het onderzoek blijkt dat een kwart van de studenten bij een opgelegde taak kiest voor de website die als eerste bij de resultaten verschijnt. Slechts 10 procent van de studenten maakt gewag van de auteur van de website en diens bronnen en credentials.

De onderzoekers voegen er aan toe dat studenten een grote voorkeur hebben voor de zoekmachine van Google, maar in ieder geval voor het inwinnen van online informatie steeds vertrekken vanuit een zoekmachine. Slechts één op drie studenten doet bij het vervullen van een taak beroep op de online encyclopedie Wikipedia. Dat heeft volgens de onderzoekers wellicht te maken met het feit dat in het onderwijs gehamerd blijft worden dat user-generated content geen objectieve bron van informatie vormt.

Uit een onderzoek van Digivaardig & Digibewust in Nederland blijkt  bij de jongeren uit de groep secundair onderwijs, dat als ze  iets zoeken, ze dat meteen ook willen kunnen vinden. Ook omdat jongeren bezig zijn met hun taalontwikkeling, mislukken veel zoekopdrachten doordat ze stranden op websites die ze niet nodig hebben. Uit eerder onderzoek van promovendus Alexander van Deursen blijkt ook dat jongeren snel verdwalen op internet. Hij testte honderd proefpersonen op vier typen internetvaardigheden.

 

 

Bronnen

Trendrapport Computer- en Internetgebruik 2011, Digivaardig & Digibewust

Digitale vaardigheden Nederlandse Burgers, Van Deursen

Offline jongeren en de digitale kloof Over het risico op ongelijkheden bij “digital natives” , Brotcorne et al.

Einstein bestaat niet, over usability en surfgedrag van jongeren , Digivaardig @ Digibewust,

Social and digital exclusion: who, and why?

So-Called “Digital Natives” Not Media Savvy, New Study Shows

Jongeren niet zo digivaardig als gedacht

De netgeneratie

De term netgeneratie of de notie digital natives wordt gebruikt om te verwijzen naar de jongeren die geboren zijn in het digitale tijdperk en bijgevolg doorheen hun hele leven blootgesteld zijn aan nieuwe media. Hierbij wordt uitgegaan van de veronderstelling dat deze jongeren automatisch over de nodige vaardigheden beschikken omwille van hun gediversifieerd en intens gebruik van nieuwe media in het algemeen.

Een reeks onderzoeken stelt dit uitgangspunt in vraag en geeft aan dat de netgeneratie niet zo digitaal vaardig zijn als wordt verondersteld. In de eerste plaats vormen jongeren geen homogene groep. Binnen de groep jongeren van 16 tot 25 jaar zijn er eveneens niet-gebruikers en bestaan er verschillen in de intensiteit en de diversiteit van het gebruik. Hetzelfde geldt voor toegang en vaardigheden.

In België maakt 8% van de jongeren in de leeftijdscategorie 16-24 jaar geen of weinig gebruik van een computer en surft 9% nauwelijks of niet op het internet. Maar de subgroep van incidentele gebruikers (maakte geen gebruik de laatste drie maanden) is vrij aanzienlijk. Zo’n 22% maakt geen deel uit van de subgroep van regelmatige computergebruikers en 25% is geen regelmatige internetgebruiker.

Het beeld van jongeren als zijnde 100% digitaal vaardig moet dus duidelijk genuanceerd worden. Daarnaast is aandacht nodig voor de maatschappelijke impact van digitale uitsluiting bij jongeren, want zo stelt Brotcorne et al. (2009):

“De maatschappelijke impact van de digitale uitsluiting bij jongeren is bijzonder groot, omdat onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen, arbeidsbemiddelingsagentschappen, besturen en werkgevers impliciet verwachten dat alle jongeren zich gedragen in overeenstemming met het stereotype van de “internetgeneratie”.”

Digital natives niet zo digitaal vaardig als gedacht

Uit een onderzoek van de Northwestern University blijkt dat studenten de rangschikking van zoekresultaten nagenoeg blindelings volgen en steevast het allereerste zoekresultaat volgen, zonder rekening te houden met de legitimiteit van de bron.

Uit het onderzoek blijkt dat een kwart van de studenten bij een opgelegde taak kiest voor de website die als eerste bij de resultaten verschijnt. Slechts 10 procent van de studenten maakt gewag van de auteur van de website en diens bronnen en credentials.

De onderzoekers voegen er aan toe dat studenten een grote voorkeur hebben voor de zoekmachine van Google, maar in ieder geval voor het inwinnen van online informatie steeds vertrekken vanuit een zoekmachine. Slechts één op drie studenten doet bij het vervullen van een taak beroep op de online encyclopedie Wikipedia. Dat heeft volgens de onderzoekers wellicht te maken met het feit dat in het onderwijs gehamerd blijft worden dat user-generated content geen objectieve bron van informatie vormt.

Uit een onderzoek van Digivaardig & Digibewust in Nederland blijkt  bij de jongeren uit de groep secundair onderwijs, dat als ze  iets zoeken, ze dat meteen ook willen kunnen vinden. Ook omdat jongeren bezig zijn met hun taalontwikkeling, mislukken veel zoekopdrachten doordat ze stranden op websites die ze niet nodig hebben. Uit eerder onderzoek van promovendus Alexander van Deursen blijkt ook dat jongeren snel verdwalen op internet. Hij testte honderd proefpersonen op vier typen internetvaardigheden.

Bronnen

Offline jongeren en de digitale kloof Over het risico op ongelijkheden bij “digital natives” , Brotcorne et al.

Einstein bestaat niet, over usability en surfgedrag van jongeren , Digivaardig @ Digibewust,

Social and digital exclusion: who, and why?

So-Called “Digital Natives” Not Media Savvy, New Study Shows